dinsdag 30 december 2014

Nog twee nachtjes slapen...


Wat is er leuker dan lichtjes kijken bij de Leuvehaven in de decembermaand als je van bootjes houdt? Het is overdag al een genot om langs de kade te lopen en het "varend erfgoed" te bewonderen, maar na zonsondergang ziet het er met alle lichtjes nog eens extra feestelijk uit. Loop eens over de Kraneschipbrug in de richting van de Wijnhaven en draai je halverwege eens om. Het uitzicht is de moeite waard. Een lang snoer van lichtjes danst als het ware van het ene schip naar het andere, met daarbovenuit torenend het blauw, geel en rood van de havenkranen.

Je ziet het er zo niet direct aan af, maar er het afgelopen jaar rond de Leuvehaven heel wat gebeurd. Het is onvoorstelbaar wat er bij zo'n fusie tussen twee musea allemaal komt kijken. Een nieuwe, gezamenlijke huisstijl is één ding, maar het in elkaar schuiven van twee organisaties is toch wel heel iets anders. Inmiddels zijn ook de laatste juridische hordes genomen, is er een nieuwe collectiebeheersovereenkomst met de Gemeente getekend en zijn de medewerkers van beide instellingen ook helemaal aan het idee gewend. Nog twee nachtjes slapen en dan is het zover: Het Havenmuseum en het Maritiem Museum Rotterdam zijn dan ook formeel één museum!

maandag 8 december 2014

…somewhere, over the rainbow…


Het is echt niet zo dat we de hele dag maar een beetje uit het raam zitten te staren, maar de kreet van een oplettende collega die toevallig even opkeek, zorgde ervoor dat yours truly net op tijd was om de “prijswinnende foto” te maken. En daar kwam geen Photoshop aan te pas. De regenboog begon bij het stoplicht op de Schiedamsedijk, strekte zich vervolgens uit over het gehele Allianz-gebouw aan de tegenoverliggende zijde van het Churchillplein en verdween rechtsboven uit beeld. Na enkele ogenblikken was het natuurverschijnsel weer voorbij. Een cadeautje van Moeder Natuur!

Leuvehaven in beeld (18)

Donderdag 4 december, 14.30 uur: het is grijs en koud boven de Leuvehaven. Zou de goede Sint nog komen…? We hopen uiteraard van wel, maar “in het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst”, zoals dat in beleggerskringen heet.
De stoelendans voor de baggerwerkzaamheden is nog in volle gang. De ‘Geertruida’ ligt momenteel op de plaats van de graanelevator. Die ligt op haar beurt samen met de ‘Zeemeeuw’ nog gezellig afgemeerd naast het hoofdgebouw. De andere scheepjes die normaliter tussen ponton en kade liggen, zijn nu her en der door de haven verspreid.

Het is allemaal een beetje inschikken, net als bij de fusie tussen Havenmuseum en Maritiem Museum, die begin 2015 ook formeel haar beslag zal krijgen. Daarmee wordt de laatste stap gezet in een proces dat nu al enkele jaren gaande is en waaraan de meeste medewerkers van beide musea inmiddels al gewend zijn. Uiteraard zullen er nog wel eens verschillen van mening of inzicht de kop opsteken, maar dat komt je in de beste relaties tegen. Beide musea zijn er klaar voor om per 1 januari aanstaande als hét Maritiem Museum Rotterdam verder door het leven te gaan!

vrijdag 21 november 2014

Hoog bezoek in de Leuvehaven


Tussen alle buitenlandse schepen die Rotterdam aandoen valt ze bijna niet op, maar deze week ligt toch wel een uitzonderlijk schip afgemeerd in de Leuvehaven: de enige echte ‘Pakjesboot 12’ van Sinterklaas. Kwade tongen beweren dat het schip als twee druppels water lijkt op de ‘Hydrograaf’, het meer dan honderd jaar oude opmetingsvaartuig van de Marine, maar de echte gelovigen weten wel beter. Net zoals er maar één echte Sinterklaas is, is er ook maar één echte boot van Sinterklaas. En die ligt nu op een steenworp afstand.

Sint heeft de afgelopen dagen open huis gehouden, zodat belangstellenden een kijkje aan boord konden nemen. Een unieke kans voor de kleine fans: zelf kijken waar de Sint verblijft tijdens de overtocht van het verre Spanje naar Nederland, waar de Pieten slapen en waar de pakjes worden opgeslagen. En de ouders maar uitleggen hoe het komt dat er zó veel pakjes op zo’n relatief klein schip passen…

maandag 17 november 2014

Leuvehaven in beeld (17)

Donderdag 13 november, 15.02 uur: de maandelijkse foto moest een week wachten, in verband met een studiedag en een verplaatste vergadering.
Tot grote vreugde van de medewerkers van wat in het spraakgebruik “het hoofdgebouw” moet gaan heten, is de lege plaats van de ‘Buffel weer opgevuld – al is het waarschijnlijk dan maar tijdelijk. In verband met de baggerwerkzaamheden in de Leuvehaven zijn de graanelevator en de kustvaarder ‘Zeemeeuw’ verhaald naar de plek naast het museumgebouw. Een hele vooruitgang, want zo’n lege plek langs de kade biedt toch maar een treurige aanblik. We weten allemaal wel dat de elevator hoog boven alle andere schepen uittorent, maar nu hij naast het museum ligt, zie je pas echt hoe hoog hij is. De komende weken zullen er nog wel meer schepen uit de collectie varend erfgoed van plaats wisselen voor het baggerwerk. De dynamiek van de Rotterdamse haven op microformaat!

donderdag 2 oktober 2014

Leuvehaven in beeld (16)


Donderdag 2 oktober, 14.33 uur: “’t Is warm voor de tijd van het jaar”, zoals medepassagiers in de metro (zeker als ze een zekere leeftijd zijn gepasseerd) je ongevraagd en onaangekondigd mededelen. Voor het eerst sinds lange tijd een wisseling van bezetting in de haven: de graanelevator is op reis naar de Furieade in Maassluis – uiteraard gesleept door de “eigen” sleepboten ‘Eerland 28’ en ‘Havendienst 20’.
Het viel afgelopen maand in de drukte van de Havendagen misschien niet zo op, maar inmiddels is één van de twee ‘Dockyard’-sleepboten uit de Leuvehaven verdwenen. Eind augustus is de ‘Dockyard IX’ teruggegaan naar haar oude ligplaats, de Dokhaven op het RDM-terrein aan de Heijplaat. Ook daar is het schip nog steeds voor bezichtiging toegankelijk.
Er wordt gebaggerd: de periodieke onderhoudsbeurt van een haven, waarbij het aangeslibde zand wordt weggehaald om de haven op voldoende diepte te houden. De Oude Haven en het Haringviet zijn al uitgediept en nu zijn de Leuvehaven en de aangrenzende havens aan de beurt. De vaste woonschepen aan de overkant hebben hun vaste ligplaatsen langs de Wijnkade tijdelijk moeten verlaten om de baggeraars hun werk te laten doen. Links op de voorgrond ligt de kotter ‘RO 27’, een logee uit het Haringvliet die tijdelijk de ‘voormalige ligplaats van de ‘Buffel’ heeft ingenomen. Overal langs de kade, op de pontons en aan de kranen wapperen inmiddels vrolijk de oranje banieren van het “nieuwe” Maritiem Museum. “We zijn op dreef” staat op de voorste banier te lezen.
En zo is het maar net!

vrijdag 12 september 2014

De vlag in top!


Vrijdag 5 september, vijf voor half twaalf: Daar stonden we dan. De dag die we wisten dat zou komen was eindelijk hier. Medewerkers en vrijwilligers van het Havenmuseum en het Maritiem Museum staan – in de nieuwe bedrijfskleding – klaar op de steigers van de Leuvehaven om na het afgesproken signaal de nieuwe, oranje vlaggen te hijsen op de steigers en op de afgemeerde museumschepen. Voor de medewerkers van het Havenmuseum is dit toch wel een moment met dubbele gevoelens: niet alleen wordt met het hijsen van de nieuwe vlag voor iedereen onontkoombaar duidelijk dat de naam "Havenmuseum" uit het beeld van de Leuvehaven verdwijnt, maar ook vindt op hetzelfde moment de uitvaart plaats van een van de vrijwilligers. Hij is enkele dagen tevoren plotseling overleden.
Om half twaalf spreekt zakelijk directeur Marieke van Bommel met een megafoon een kort woordje tot de aanwezigen, de scheepstoeters loeien en op wel twintig plaatsen tegelijk gaan oranje dundoeken met het nieuwe logo en de nieuwe slagzinnen van het Maritiem Museum de lucht in. Het vernieuwde Maritiem Museum gaat van start!

Uiteraard is niets wat het lijkt: de foto die van de plechtigheid is gemaakt, is op verzoek van de fotograaf wel vijftien keer overgedaan. Eens kijken of het net zo’n iconisch beeld gaat worden als die andere, vergelijkbare afbeelding die zich bij het aanschouwen van dit tafereeltje aan yours truly opdrong.
En om terug te keren tot het Koningslied, waarmee we begonnen: “Door de regen en de wind / Zal ik naast je blijven staan.” Maar dan in het vervolg dan toch wél allebei in de nieuwe bedrijfskleding!

donderdag 4 september 2014

Leuvehaven in beeld (15)


Donderdag 4 september, 14.35 uur: zonnig nazomerweer met hoge sluierbewolking (zoals dat bij het weerbericht wordt genoemd). Morgen is het zover! De vlaggen van het Havenmuseum zijn inmiddels gestreken en het nieuwe museumlogo prijkt inmiddels trots op de luifel van wat met ingang van morgen “het hoofdgebouw” zal gaan heten. Voor de medewerkers van beide musea betekent de fusie ook een wijziging in het vocabulaire: de naam “Havenmuseum” verdwijnt en het merkpaspoort dat we bij de personeelsbijeenkomst jongstleden dinsdag hebben ontvangen, staat bol van wervende statements waarmee het vernieuwde Maritiem Museum met ingang van vrijdag 5 september op de kaart zal worden gezet.

Inmiddels wordt aan alle kanten koortsachtig gewerkt om alles klaar te hebben voor het feestelijke moment, vrijdagmorgen om half twaalf, waarop de nieuwe museumvlaggen op het gebouw en langs de pontons aan de Leuvehaven zullen worden gehesen.

Een kleine onthulling vond vanmiddag al plaats, toen ik langs de steiger liep waarlangs een van de twee waterbussen liggen afgemeerd. Daar werd alvast het nieuwe logo op de romp aangebracht, onder toeziend oog van een (toekomstige) collega, die in het bootje had plaatsgenomen en op zijn gemak een oogje in het zeil hield. Hém krijgen ze niet zomaar gek!


Met de presentatie van het nieuwe Maritiem Museum wordt ook de website vernieuwd. Het webadres blijft ongewijzigd, maar wie de site opzoekt, ziet vanaf morgen iets geheel anders. De blogs van yours truly en zijn collega’s zullen daar niet op terugkomen. “Is het beleid, of is er over nagedacht?” zou één van onze vrijwilligers zeggen. Het antwoord op deze vraag zullen we open laten, maar yours truly gaat voorlopig dapper door met bloggen. Op de homepage van de website www.maritiemdigitaal.nl staat het kopje “Experts bloggen maritiem”. En dáár vindt de lezer mijn blog!

donderdag 7 augustus 2014

Leuvehaven in beeld (14)


Donderdag 7 augustus, 14.30 uur: het klaart op na een flinke onweersbui. ’s Ochtends was er een echt vakantiesfeertje op de kade, met rondkijkende gezinnen, een jong stel dat elkaar uitgebreid voor de vuurtoren fotografeerde en de vrijwilligers van ‘De Hoop’, die onder een parasol uit het zonnetje op bezoekers zaten te wachten. De regen joeg iedereen weg, maar nu komen de belangstellenden weer tevoorschijn.

De giek van het stoomkraantje op de kade is neergelaten op een bok. Er wordt groot onderhoud gepleegd; een paar weken geleden werd het kraanhuis in de verf gezet en nu is de giek aan de beurt. Nog wapperen de gele vlaggen van Het Havenmuseum op de schepen, kranen en steigers. Maar dat duurt niet zo lang meer. Volgende maand zijn de Havendagen en dan wordt de nieuwe huisstijl van het gezamenlijke Maritiem Museum gelanceerd!

woensdag 23 juli 2014

Zo goed als nieuw!


Het vervoer van scheepsmodellen is een aparte tak van sport. Wij van het Maritiem wisten dat natuurlijk al lang, maar voor sommige expeditiebedrijven is dat een nieuwtje. Zeker als een model verpakt is in een kist, kan er van alles misgaan. Een kist is tenslotte een kist, en als je niet kunt zien wat er in zit kan er wel eens nonchalant mee worden omgesprongen. Zeker bij internationaal vervoer, waarbij er vaak van transportmiddel wordt gewisseld. Bij de repatriëring van de Nedlloydcollectie uit de buitenlandse vestigingen, inmiddels alweer een jaar of acht geleden, bleek dat maar weer eens. We’ve seen it all: kisten die onderste boven werden vervoerd, kisten die van een heftruck waren afgevallen – “stuiteren” werd dat door een oud-collega wel genoemd – vitrines die gevuld waren met polystyreen balletjes, zodat het model helemaal moest worden leeggepeuterd – kortom: veel ellende. Maar de lotgevallen van de ‘Ares’ spanden de kroon.
Een op zich mooi modelletje van een typisch eind jaren ’50 vrachtschip, dat jarenlang in het kantoor van P&O Nedlloyd in Norfolk, Virginia had gestaan en dat met zijn fraaie gebogen front van het dekhuis en zijn imposante laad- en losgerei een mooie vertegenwoordiger was van een –es-klasse schip van de KNSM. Kenners weten waarover we het hebben.
Bij het verpakken voor het transport naar Nederland was de glazen vitrinekap verwijderd, omdat die gescheurd bleek te zijn. “The mast will also need some repair when it gets back to Rotterdam”, zo schreef de plaatselijke chief representative van P&O Nedlloyd in een mailtje.
Maar daar zou het niet bij blijven.

Het model werd samen met drie andere modellen – “in perfect condition” volgens de chief representative – op een koude februaridag in 2006 bij het museum afgeleverd. We wisten niet wat we zagen. Over de toestand van de andere drie modellen zal yours truly maar het zwijgen toe doen, anders wordt dit blog te lang, maar de ‘Ares’ had onderweg wel een heel aparte ervaring opgedaan. De kist was klaarblijkelijk aangereden door een vorkheftruck en de lepel van de heftruck had de voorkant van de kist naar binnen geslagen. Twee centimeter verder en de boeg van het model was in elkaar gedrukt. De fineerlaag van de bodemplaat was door de kracht wegschraapt maar had gelukkig erger voorkomen.

Tot zover het goede nieuws. Alles, maar dan ook werkelijk alles aan het model was los of kapot. Het dekhuis stond scheef op de romp, reddingboten, davits, dekluiken, luchthappers en trapjes lagen verspreid over de bodem van de kist, de masten stonden schots en scheef (maar dat wisten we al door het mailtje), de tuigage was aan flarden – kortom: het model was zo goed als total loss.

Een uitgebreide mailcorrespondentie met de chief representative in East Rutherford volgde. De beste man putte zich uit in excuses jegens ons en verwensingen en dreigementen met schadeclaims richting de verantwoordelijken voor de gang van zaken. Maar daarmee was het model niet gerestaureerd. Twee restauratoren hebben de schade in ogenschouw genomen en bekeken of het nog de moeite van het proberen waard was. Uiteindelijk was het onze eigen modelrestaurator Marco die de handschoen oppakte en het model onlangs volledig in oude luister herstelde.

En nu hebben we er weer een prachtig model bij. Ares, de god van de oorlog, heeft ook deze slag overleefd!

maandag 21 juli 2014

Werklui in interieur


Wat maakt een foto komisch? Tussen de duizenden glasnegatieven van de werf Wilton Fijenoord die de afgelopen jaren zijn gedigitaliseerd, zitten twee opnamen van werklieden in een interieur, staand voor een schoorsteenmantel. De één blikt zelfbewust in de lens van de fotograaf, de ander kijkt enigszins ongemakkelijk, alsof hij niet gewend is om te worden gefotografeerd – en zeker niet buiten de vertrouwde omgeving van zijn werkplaats. De linker heeft een sjaal om de nek, want het kan koud zijn op de helling of in het dok. De rechter draagt werkhandschoenen en houdt een sigaartje tussen de vingers geklemd. Dat kon toen nog... Beiden zijn voorzien van een stevige knevel, een pet en statige bottines. Van de nu bekende veiligheidsschoenen had toen nog geen mens gehoord.
De Wilton Fijenoordcollectie bevat heel veel interessant materiaal. Niet alleen “foto’s van bootjes”, maar ook scènes op de werf, in de tekenkamer, op de scheepshellingen en foto’s van diverse andere activiteiten die het dagelijks leven op een scheepswerf bepalen. Toch fascineren deze twee opnamen van die twee werfarbeiders mij meer dan alle andere foto’s uit die collectie.
Het is een raadsel wat die lui daar doen. Ze staan waarschijnlijk in het kantoor van de werf, weggeroepen uit hun dagelijkse werkzaamheden. De reden van hun aanwezigheid daar is niet duidelijk.

De tweede foto spant zonder meer de kroon: achter de mannen is een stoel neergezet en op die stoel staat klaarblijkelijk hun baas – of misschien wel de directeur zelf: duidelijk herkenbaar in een pak met vest, een bijpassend vestzakhorloge, een das om en een bolhoed op. Als om het verschil in hiërarchie nog eens extra te benadrukken, houdt hij zijn handen in een soort zegenend gebaar op de hoofden van zijn ondergeschikten. Paternalisme ten voeten uit – je zou er haast socialist van worden!

Zo biedt zo’n foto een aardig kijkje op de toenmalige maatschappelijke verhoudingen binnen de scheepsbouw. En ook dát is maritieme geschiedenis!

maandag 14 juli 2014

Leuvehaven in beeld (13)


Donderdag 10 juli, 14.32 uur: Warm, enigszins broeierig zomerweer. Het ‘Annigje’ ligt onder zeil en op de plaats van de ‘Buffel’ ligt nu het ponton ‘Zijpe’ van het Havenmuseum. De ‘Buffel’ bood toch een spectaculairder aanblik…
De eerste tekenen van de groeiende samenwerking worden nu ook langs de Leuvehaven zichtbaar. Opeens staan er overal wegwijzers op de kade, die de passanten attent maken op de zomeractiviteiten die door de beide musea worden georganiseerd. Het speelterrein is uitgebreid tot het hele kadegebied van de Leuvehaven. Tot eind augustus kunnen kinderen met hun ouders op woensdagen, zaterdagen en zondagen aan boord van de afgemeerde museumschepen op zoek naar het verdwenen geldkistje van de vuurtoren.

Ondertussen wordt achter de schermen in hoog tempo gewerkt aan de samensmelting van de beide musea. De coming out van “het nieuwe” Maritiem Museum is gepland voor de Wereldhavendagen in september. Een stortvloed van activiteiten moet er dan voor zorgen dat iedere inwoner van Rotterdam en de regio zal weten dat beide musea gaan fuseren.

Tot die tijd is het rustig aan de Leuvehaven. Met vandaag voor de voorbijgangers een visueel cadeautje: het ‘Annigje’ ligt onder zeil. Prachtig, toch?

woensdag 11 juni 2014

Leuvehaven in beeld (12)


Donderdag 5 juni, 14.35 uur: Het is net even droog na een paar stevige regenbuien. Maar het komend weekend wordt het mooi weer. Op de kade lopen een paar toeristen en twee toekomstige collega’s van het Havenmuseum. En dat brengt ons weer bij de fusie.
De afgelopen weken is een aantal brainstormsessies gehouden waarbij medewerkers en vrijwilligers van beide musea zich onder het motto “Waartoe zijn wij op aarde?” bogen over de merkidentiteit van het nieuwe Maritiem Museum. De uitkomst van die discussies vonden hun weerslag in schema’s met pijlen, vraag- en uitroeptekens in diverse primaire kleuren, verduidelijkt met doorhalingen en onderstrepingen. Dat alles werd opgesierd door Post It-memoblaadjes gevuld met kreten, trefwoorden en antwoorden op de vraag waarom je als medewerker trots bent op het museum en waar het met het museum de komende jaren naar toe zou moeten.
Waar het op korte termijn naar toe gaat, werd deze week duidelijk. Deze week is door Maritiem Museum en Havenmuseum het jaarplan voor 2015 bij de Gemeente ingeleverd. Het eerste jaarplan van het nieuwe Maritiem Museum: een mijlpaal om even bij stil te staan. Tijdens een personeelsbijeenkomst in het Verolmepaviljoen werd het jaarplan door de directie toegelicht en werd de stand van zaken rond het fusietraject uiteengezet. Veel zaken zijn nog niet helemaal uitgekristalliseerd en dat was niet voor alle aanwezigen even gemakkelijk verteerbaar. Met name het geduld van de vrijwilligers van het Havenmuseum leek op de proef te worden gesteld, omdat zij hun kennis en ervaring graag willen overdragen op een jongere generatie. Maar Keulen en Aken zijn ook niet op één dag gebouwd: met een beroep op ieders medewerking, begrip en – vooral – geduld gaan de directies van beide musea door op de ingeslagen weg.
De volgende personeelsbijeenkomst is over een paar weken: met nieuwe haring!

maandag 26 mei 2014

Herinneringen aan de Grote Oorlog


Overal in Frankrijk kom je ze tegen, tot in het meest afgelegen dorp: monumenten die herinneren aan la Grande Guerre – de Eerste Wereldoorlog, volgens velen het echte begin van de twintigste eeuw. Nederland was toen neutraal en de gruwelen van 1914-1918 gingen dan ook goeddeels aan ons land voorbij. Toch zijn ook hier herinneringen aan die oorlog terug te vinden. Niet in de vorm van eindeloze velden waarin nog vrijwel wekelijks sporen van de strijd worden teruggevonden, zoals in België en Noord-Frankrijk, maar meer verstopt in ladekastjes en dozen op zolder. Fotoalbums, krantenknipsels, medailles en granaathulzen vertellen evenzeer het verhaal van die oorlog als de vroegere slagvelden van Noord-Frankrijk, de IJzertoren bij Diksmuide, de oorlogsbegraafplaatsen her en der met de onafzienbare rijen witte kruisen en het graf van de onbekende soldaat onder de Arc de Triomphe.
Naar die verhalen wordt nu gezocht, voordat ze – een eeuw na dato – volledig in de vergetelheid wegzinken. In het kader van het Europese project Europeana 1914-1918 werd daarvoor afgelopen zaterdag de laatste van drie “collectiedagen” gehouden. Na Huis Doorn en het Markiezenhof in Bergen op Zoom was het Maritiem Museum Rotterdam de gastheer van een omgekeerde Tussen Kunst & Kitsch.

Waar in de regel de experts hun kennis spuien aan de bezoekers, was het nu de beurt aan de eigenaren om het verhaal te vertellen van de voorwerpen die ze hadden meegebracht. De conservatoren van het museum zaten klaar om de verhalen op te tekenen en zo nodig door te vragen. De medewerkers van de afdeling Informatiebeheer zorgden voor het fotograferen en scannen van de objecten om ze op de website te kunnen plaatsen.

De opkomst hield helaas geen gelijke tred met de vooraf gekoesterde verwachtingen, maar al met al kwam er toch nog een aantal interessante objecten voorbij. Naast de fotoalbums van militairen met verhalen over de mobilisatie, het eindeloze wachten op oorlogshandelingen die uitbleven en het vechten tegen de verveling, waren er ook voorwerpen die emoties opriepen. Zoals de medailles en de bewaard gebleven eetlepel van de Engelse tuinderszoon Daniel Howard uit Twinstead, die als jongeman in de bloei van zijn leven de oorlog inging, de slag bij Verdun overleefde en als invalide naar Engeland terugkeerde – om daar te constateren dat er voor mensen zoals hij geen enkele opvang was geregeld. Ervaringen van mannen zoals hij leidden in 1921 tot het oprichten van het British Legion, dat zich het lot van de veelal invalide veteranen aantrok. Tot op de dag van vandaag draagt deze organisatie zorg voor de opvang van gedemobiliseerde soldaten van het Verenigd Koninkrijk.

Een van Howards nazaten in Nederland heeft zijn persoonlijke bezittingen geërfd en is als voorzitter van de Nederlandse tak van het British Legion actief. Door haar en door talloze anderen wordt na een eeuw nog steeds de herinnering aan en de lessen van de Eerste Wereldoorlog levend gehouden. En nu dus ook door de website Europeana 1914-1918, waarop dit en honderden andere verhalen te lezen zijn.

Zie voor het project: http://www.europeana-collections-1914-1918.eu/ en voor de website: http://www.europeana1914-1918.eu/nl

vrijdag 9 mei 2014

Leuvehaven in beeld (11)


Donderdag 8 mei, 14.30 uur: harde wind en veel regen wijzen in de richting van een vroege herfst. In de Leuvehaven ligt de ‘Dockyard V’ onder stoom, aan de Wilhelminakade ligt de ‘Aidastella’ van Aida Cruises afgemeerd. Het cruiseschip – gebouwd bij de Meyer Werft in Papenburg – is vanmorgen om 10 uur gearriveerd; vanavond om 22 uur kiest ze weer zee.
De foto is eigenlijk een week te laat gemaakt, maar yours truly kan helaas niet op twee plaatsen tegelijk zijn. Daardoor heb ik wel wat moois gemist: vorige week donderdag was de Leuvehaven niet alleen het toneel van varend erfgoed, maar ook van rijdend erfgoed. Collega Marcel spotte zo maar vier Citroëns Traction Avant op de kade!

woensdag 7 mei 2014

Uitstapje in de provincie


Enkele weken geleden was ik voor het eerst van mijn leven in Sliedrecht. Niet voor iedereen zal deze bekentenis als een schok komen, maar voor iemand die al de nodige jaren in het Maritiem Museum werkt en die al sinds eeuwen het voornemen had om een keer het Baggermuseum te bezoeken, is dat toch een enigszins ontluisterende ontboezeming.
Maar vorige maand was het dan toch zo ver. Het Nationaal Baggermuseum is een van de deelnemers aan de gezamenlijke website Maritiem Digitaal en levert altijd trouw vier maal per jaar een update van zijn collectiegegevens. Als applicatiebeheerder van Maritiem Digitaal was yours truly de afgelopen tijd tegen een paar opvallende dingen aangelopen, waarover eens met de aanleverende instelling moest worden overlegd. Voor dergelijke technische verhalen volstaan telefoon en mail niet altijd even goed, vandaar mijn expeditie.
Het Nationaal Baggermuseum – wee degene die het bijvoeglijk naamwoord vergeet! – is een van die musea die drijven op een club enthousiaste vrijwilligers. Zelf heb ik ooit bij een klein regionaal museum gewerkt en het kwam me bij dit eerste bezoek allemaal weer vertrouwd voor. De gastvrije ontvangst – je hebt al een kop koffie in handen voordat je de kans hebt gekregen je jas op te hangen – de vrijwilligers – in dit geval voor het grootste deel mannen, type krasse knar, want de baggerwereld is een mannenbolwerk - en die zonderlinge combinatie van een kantoorruimte met de sfeer van een huiskamer: vader kende het nog van vroeger.

Het gesprek met de betrokken vrijwilligers verliep vlot en bracht aan beide kanten van de tafel snel helderheid. Na het doorlopen van de aanleverprocedures van tekstuele collectiegegevens en beeldmateriaal en het maken van een vervolgafspraak om de vrijwilligers nog een paar handigheidjes aan te leren, was er nog tijd over om even snel een kijkje te nemen in het museum. Wat je daar niet wordt verteld over het baggeren en de baggerwereld is de moeite van het weten niet waard. Het voormalige woonhuis van Sliedrechts beroemdste zoon Adriaan Volker staat van onder tot boven vol met modellen van baggerschepen, werktuigen en wat er nog meer aan de reputatie van Sliedrecht als mondiale baggerhoofdstad heeft bijgedragen. "Alles zanikt bagger" zei de dichter Lucebert eens over de Hollandse benepenheid, maar dat citaat kan hier toch wel in veel positievere zin worden uitgelegd.
Een leerzaam bezoekje aan een leuk museum. En wat is een toepasselijker afsluiting dan de terugreis naar Dordrecht te maken in een treinstel dat naar Adriaan Volker is vernoemd?

dinsdag 22 april 2014

'Ouwe meuk, altijd leuk'


Het is weer eens wat anders dan het verplichte bezoek aan een meubelboulevard: de traditionele doubletten- en rekwisietenverkoop op Tweede Paasdag in het Maritiem Museum. En veel leuker! Vorige keer stond de hal vol met “weeskinderen” van oude tentoonstellingen en had het evenement veel weg van de vrijmarkt op Koningsdag. Ditmaal hadden de boeken de overhand. Op alle tafels die maar konden worden georganiseerd stonden letterlijk honderden meters boeken uitgestald, drie rijen dik. Duizenden titels, die op kopers lagen te wachten. Zoals gebruikelijk waren er honderden en honderden maritieme boeken in de aanbieding die overcompleet waren in de museumbibliotheek en die voor een klantvriendelijk prijsje aan geïnteresseerden werden overgedaan.

Een extraatje werd gevormd door de boeken uit de onlangs gesloten bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen, die voor een deel aan het Maritiem Museum waren overgedragen. Maar liefst zeven kubieke meter dozen stonden sinds een maand of wat in het depot opgeslagen en het Maritiem mocht er naar eigen inzicht over beschikken. De maritieme boeken waren er uit geselecteerd om in de museumbibliotheek te worden geïntegreerd. De rest werd voor een euro per stuk verkocht. Daar zaten titels bij die je niet direct bij de Bruna of v/h Polare tegenkomt. Wat te denken van: Imperialismus vom grünen Tisch: deutsche Kolonialpolitik zwischen wirtschaftlicher Ausbeutung und "zivilisatorischen" Bemühungen van Hartmut Pogge von Strandmann (Berlijn 2009), of: Race, colour & class in Southern Africa: a study of the coloured question in the context of an analysis of the colonial and white settler racial ideology, and African nationalism in twentieth century Zimbabwe, Zambia and Malawi van Ibbo Mandaza (Harare 1997)?
Niet ieders hart ging sneller kloppen bij het doornemen van dit deel van het assortiment, maar tussen het intimiderende aanbod van wetenschappelijke studies was er voor volhardende speurders toch nog heel wat interessants te vinden. Soms voorzien van een gedrukte waarschuwing voorin, die terwille van de gezondheid van de koper beter niet in de wind kan worden geslagen...

Er werd goed verkocht, soms na stilzwijgende strijd tussen geïnteresseerden voor dat ene boek dat ze beiden wilden hebben. Wie aarzelde of met zijn ogen knipperde, bleef met lege handen achter. Sommige klanten lieten zich door niets en niemand weerhouden en wrongen zich zelfs achter de verkooptafels om maar eerste keus te kunnen hebben. Die moesten vriendelijk doch beslist worden weggestuurd. Aan het eind van de dag waren de aanwezige medewerkers bekaf, maar het was de moeite waard geweest. We gaan maar weer opsparen voor de volgende doublettenverkoop.

En ook de trouwjurk van de tentoonstelling Yin & Jan verwisselde van eigenaar: onder toeziend oog van de camera van TV Rijnmond ging een trotse oma er mee aan de haal: voor haar kleindochter, die zo van verkleden houdt!

vrijdag 11 april 2014

Dreamnight op het water


Alweer voor de derde maal opende het Maritiem Museum afgelopen zaterdag zijn deuren voor Dreamnight at the Museum, de speciale avondopenstelling voor chronisch zieke en gehandicapte kinderen. De formule heeft zich inmiddels klaarblijkelijk bewezen, want met tweehonderd aanmeldingen was het nog veel drukker dan vorig jaar. De tentoonstelling Wonen op water was een dankbare aanleiding voor diverse spelletjes, zoals de zeebenentest, waarbij kinderen konden kijken of ze over zeebenen beschikten, het ophangen van de was op een waslijn zonder wasknijpers – die vallen namelijk toch altijd overboord – en het bouwen van woonbootjes.

De traditionele fotoshoot was ook weer op touw gezet, evenals de altijd populaire dekspelletjes in de Zeekastelen-tentoonstelling. De langste rijen stonden bij de ballonnenman. Het is fascinerend om te zien hoe met enkele armbewegingen een paar langwerpige ballonnen worden omgetoverd in een hond, een kroon of een octopus. Professor Plons was ook van de partij en liet zich minzaam knikkend rondleiden door een van de collega’s van Marketing & Communicatie. Dat is ook wel nodig – iemand die het weten kon, vertelde me dat je in het Plonspak vrijwel geen hand voor ogen ziet en maar op goed geluk een beetje in het rond moet wuiven.

Alle gefotografeerde kinderen kregen afgelopen week de gemaakte foto thuisgestuurd. Aan de reacties te oordelen hadden ze net zo’n leuke avond gehad als de medewerkers en vrijwilligers van het museum. Gasten ontvangen is ons dagelijks werk, maar speciale gasten zoals die van afgelopen zaterdag maken het werken in het Maritiem Museum voor ons toch ook wel heel bijzonder!

zaterdag 5 april 2014

Leuvehaven in beeld (10)


Donderdag 3 april, 14.40 uur: Drukkend warm, een lichte waas van vuil hangt boven de stad. Vanmorgen vond in de Zadkinezaal de eerste gezamenlijke personeelsbijeenkomst plaats van de medewerkers van het Maritiem Museum en (nu nog) het Havenmuseum. Eens in de zes weken wordt het personeel van het Maritiem bijgepraat over de ontwikkelingen rond het museum. Dat zijn nuttige bijeenkomsten, waar niet alleen het activiteitenprogramma voor de komende periode wordt toegelicht en even wordt stilgestaan bij de vertrekkende en komende collega’s, maar waar ook de politieke ontwikkelingen rond de Rotterdamse musea worden besproken. Het is duidelijk dat dit programmaonderdeel de afgelopen jaren met meer dan gewone belangstelling is gevolgd. En ditmaal was dus niet alleen het eigen personeel aanwezig, maar ook de toekomstige collega’s.
De nieuwe voorzitter van de gezamenlijke Raad van Toezicht, Roland Pechtold – inderdaad de broer van – hield een introductietoespraak, waarin hij blijk gaf van grote belangstelling voor en betrokkenheid bij het werk van de twee musea die binnenkort in elkaar opgaan. Ook werd een tipje van de sluier opgelicht van de nieuwe huisstijl, die in samenhang met de fusie zal worden geïntroduceerd. Ook al blijft onze naam gehandhaafd en zal de naam Havenmuseum verdwijnen, het samengaan van beide musea – gemakshalve in de wandeling “het Nieuwe Maritiem” genoemd – betekent ook een herbezinning op doel en missie van het fusiemuseum. De nieuwe huisstijl van het museum moet die verandering weerspiegelen.

Het logo met de M in een kring van water wordt na vijftien jaar vervangen door wat nieuws. Wat dat zal zijn, wordt in de loop van het najaar voor iedereen duidelijk. In ieder geval is de verandering groter – en goedkoper! – dan de veelbesproken wijziging van de huisstijl van de gemeente Amsterdam – zo mooi geparodieerd op Twitter.

... en zó komt het er in ieder geval niet uit te zien!