woensdag 10 februari 2010

Familiebezoek

Afgelopen week hadden de conservatoren en de hoofden van de Bibliotheek en de afdeling Behoud & Beheer van het Maritiem Museum het jaarlijkse gezamenlijke overleg met de collega’s van het Nederlands Scheepvaartmuseum Amsterdam. Niet dat we elkaar anders nooit spreken: er is regelmatig contact tussen conservatoren en afdelingshoofden van de beide musea om zaken op elkaar af te stemmen op het gebied van aankopen van bepaalde objecten, bruiklenen, collectiebeheer en natuurlijk over het gezamenlijke jaarboek, dat dit jaar zijn derde editie zal beleven. Maar daarover later meer.
Die regelmatige contacten hebben over het algemeen een concrete aanleiding. Daardoor komt de grotere lijn in de onderlinge verhoudingen niet altijd goed uit de verf. Vandaar dat de beide collectiebeherende afdelingen jaarlijks bij elkaar over de vloer komen om elkaar op de hoogte te stellen en te houden waar we zoal mee bezig zijn.
Waren de NSA’ers vorige jaar bij ons te gast, dit jaar togen wij naar Amsterdam om de contacten weer eens op te frissen.
Het Zeemagazijn – het museumgebouw van het NSA – wordt momenteel gerestaureerd. Onze Amsterdamse collega’s zitten daarom veilig en wel in een gebouw op het terrein van het Marine-etablissement naast het museum, waar je komt alleen binnenkomt op uitnodiging en op vertoon van je identiteitsbewijs. Elk oorzakelijk verband tussen de strenge beveiliging van het marineterrein en de aanwezigheid van onze collega’s daar, is uiteraard voor rekening van kwaaddenkenden…
Het was een vruchtbare bijeenkomst, waarbij de plannen op het gebied van het verzamelbeleid nader werden toegelicht en waar ideeën werden uitgewisseld. Beide musea weten nu weer van elkaar welke verzamelgebieden de komende jaren speciale aandacht zullen krijgen. Dat voorkomt dat de musea elkaar onbedoeld in de weg zitten bij het verwerven van nieuwe objecten voor hun collecties.
We zien onze collega’s van het NSA graag volgend jaar weer in Rotterdam – als ze tenminste het marineterrein afmogen…